De lente kent vele boodschappers: de narcissen die uitkomen, het eerste biertje op een terras, en de modderige kasseien van een Vlaamse straatweg. Afgelopen zaterdag werd de eerste Vlaamse wielerklassieker van het jaar gereden: de wielrenners ontwaakten uit hun winterslaap. Weldra zullen ze beginnen aan de Rit naar de Zon, en in het late najaar eindigen ze met de Koers van de Vallende Bladeren. Daar tussenin hoge bergen en diepe dalen, met afdalingen vlak langs het ravijn. Het wielerseizoen is een van de sprekendste samenvattingen van een mensenleven, ieder jaar weer.
De dag na de opening van het wielerseizoen fiets ik zelf een rondje. Een groepje veteranen zoeft mij voorbij. Buik, baard, hier en daar een hoofdhaar. Doordeweeks zitten de heren misschien gevangen in een driedelig kostuum, nu dragen ze strakke truitjes die niet voor hun lijven zijn ontworpen. Op die truitjes de namen van hun favoriete wielerploegen. Als kinderen die apetrots rondlopen in een shirtje van Ronaldinho of Messi. Wielerliefhebbers zijn een beetje kind gebleven. Fietsend door de polder, dromen ze van de Ventoux.
Ze beuken tegen de wind in. Schuim om de mond, grote plaat. Hun kindertijd fiest steeds een paar meter voor ze uit, maar blijft binnen schot. Ze zullen samen over de streep gaan. Zelfs de fotofinish zal niet duidelijk kunnen maken wie er heeft gewonnen, de oudere mannen of de kinderen die zij ooit waren.
maandag 18 juni 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten