Het wielerpeloton lijkt soms een kudde dieren op weg naar een drinkplaats. Kijk maar wie er voorbij komen: het olifantje (Pantani), de valk (Savoldelli), het eekhoorntje (Garzelli), de leeuwenkoning (Cipollini), de krekel (Bettini), en heel in de verte ook de buffel (Gutierrez) en de das (Hinault). In hun kielzog klimgeiten en talrijke adelaars. De meeste renners zijn genoemd naar snelle, sterke en vooral wilde dieren. Huisdieren lopen niet mee in de optocht, met uitzondering van Andrew Hampsten, die wel het ‘konijn’ werd genoemd. Toch spelen huisdieren een belangrijke rol in de wielersport, vooral de hond.
De wielergeschiedenis kent talloze voorbeelden van renners die werden getorpedeerd door overstekende honden en als gevolg daarvan in de lappenmand raakten. De laatste jaren trof dat lot o.a. Thomas Dekker en Samuel Dumoulin. Ook Tyler Hamilton werd ooit geveld door een hond: hij stapte in 2004 uit de Tour de France omdat zijn golden retriever was overleden. Bijna net zo bekend: de hond van Frank VandenBroucke. Toen in het huis van de Belgische wielrenner vrachtladingen EPO werden gevonden, zei hij dat deze bestemd waren voor zijn hond.
Sinds vorig jaar stelen twee nieuwe wielerhonden de show. De beroemdste is Birillo, de hond van Ivan Basso, die namens zijn baas talloze bloedzakjes van dokter Fuentes ontving. Ook Piti, de herdershond van Valverde lijkt een trouwe patiƫnt van de dopingdokter te zijn. Een beetje wielrenner waakt tegenwoordig voor de hond. Zelfs als het beest in zijn mand blijft liggen, kan hij genadeloos bijten. Om door een hond onderuit te worden gehaald, hoef je al lang niet meer in volle sprint over hem te stuiteren, zoals Joaquim Agostinho gebeurde. Het werd zijn dood.
dinsdag 19 juni 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten